Ga naar hoofdinhoud

Zonder pardon: boek over leven als tweederangsburger

21 juli '22

Na een doodgewone Nederlandse kindertijd in Putten, belandt Yosef Tekeste-Yemane in een bureaucratisch spinnenweb. Vijftien jaar moest hij strijden voor een Nederlands paspoort. Zijn boek ‘In Holland staat een huis’ geeft duizenden generaal pardonners die door een falende overheid jarenlang als tweederangsburgers leefden een stem.

Het boek ‘In Holland staat een huis’ begint in het dorpje Putten, op de Veluwe. TekesteYemane: ‘Ik groeide met Nederlandse vrienden op, ging naar school en deed de normale dingen in het leven.’ Het tijdverdrijf dat hij in zijn boek omschrijft – knikkeren, gamen, flippo’s en Pokémonkaarten verzamelen – zal voor veel generatiegenoten herkenbaar zijn.

Maar het leven van Tekeste-Yemane neemt een ingrijpende wending op 10 november 2001, als een deurwaarder en de politie bij zijn gezin aanbellen. Het gezin Tekeste-Yemane is dan inmiddels een half jaar illegaal in Nederland en kampt met financiële problemen. Na een mislukte poging om bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) opnieuw asiel aan te vragen, belandt het gezin zonder pardon op straat.

In zijn boek omschrijft Tekeste-Yemane de IND-locatie in Zevenaar als een soort jeugdgevangenis, waar iedereen in een grote zaal moet slapen. ‘Je kon er enkel de hele dag wachten en op een stoel zitten en hopen op een vergunning’, blikt hij terug. TekesteYemane en zijn familie zouden uiteindelijk tot de groep van 26.000 mensen zonder verblijfsstatus behoren die van toenmalig minister van Vreemdelingenbeleid en Integratie Rita Verdonk (VVD) het land moest verlaten.

Deze website gebruikt cookies!

Deze website maakt gebruik van cookies om uw ervaring te verbeteren en om ons te helpen onze diensten te optimaliseren. Voor meer informatie over hoe wij cookies gebruiken, lees onze cookieverklaring.